Judo is een Japanse zelfverdedigingsport die ook beoefend kan worden door sporters met een fysieke of verstandelijke beperking. Op de European Para Games staat VI judo op het programma. VI staat voor Visually Impaired, judo voor sporters met een visuele beperking.  

Er zijn twee categorieën visuele beperking: J1 en J2 (blind of slechtziend). Zowel de categorie J1 als de J2 kent bij zowel de heren als dames vier gewichtsklassen.

VI judo is een officieel onderdeel op de Paralympische Spelen. Omdat judo een contactsport is, kan een blinde of slechtziende judoka heel goed aanvoelen welke techniek zijn of haar tegenstander wil inzetten. Daardoor kan de judoka reageren en anticiperen. Alle reguliere technieken zijn toegestaan in het VI-judo.

De geschiedenis van VI judo gaat terug tot de jaren ‘50, toen de eerste judowedstrijd voor atleten met een visuele beperking werd georganiseerd in Engeland. In de jaren ‘70 begonnen ook andere landen deze sport te beoefenen. In 1980 maakte VI judo zijn Paralympische debuut als demonstratiesport, in 1988 werd het een officieel onderdeel voor mannen en sinds 2004 ook voor vrouwen.

De wedstrijden bestaan uit één ronde van vier minuten, zowel voor mannen als vrouwen. Er zijn twee scores mogelijk binnen het judo: ippon en een waza-ari. Met een ippon is de wedstrijd direct beslist. Tweemaal een waza-ari is ook een ippon en dan eindigt de wedstrijd ook direct. Als de reguliere wedstrijd eindigt en de wedstrijd is nog niet beslist, dan start de golden score. Elke score, een ippon of waza-ari, telt. Ook een derde straf kan de wedstrijd beslissen.

De judoka’s proberen punten te scoren door hun tegenstander op de grond te werpen of vast te houden met verschillende technieken.

Enkele belangrijke termen in het judo zijn:

• Dojo: de plaats waar judo wordt beoefend
• Sensei: de judoleraar of trainer
• Uke: de persoon die de aanval ontvangt
• Tori: de persoon die de aanval uitvoert
• (Judo)Gi: het judopak